Gunung Mulu National Park
Door: Johannes Berhitu en Janneke Logtens
Blijf op de hoogte en volg Johannes en Janneke
03 Augustus 2013 | Maleisië, Miri
Vanuit Kuching zijn we via Miri naar Mulu gevlogen. In Mulu ligt het 529 vierkante meter grote Gunung Mulu National Park. We vlogen echt weg van de bewoonde wereld en vanuit de lucht konden we het vele groen van het regenwoud al zien. We zouden hier twee overnachtingen hebben. We kwamen hier ’s morgens al aan. ’ s Middags zouden we twee grotten gaan bezoeken. Onze gids voor de komende twee dagen was Wan. Een prachtige wandeling door het regenwoud leidde ons naar de eerste grot; Lang’s Cave. Dit is een prachtige druipsteengrot met stalagmieten en stalagtieten in verschillende maten en vormen. Vervolgens gingen we naar Deer Cave. Hiervan waren we beiden erg onder de indruk! Met een lengte van 2160 meter en een breedte van 220 meter is dit de grootste grotgang ter wereld. We hebben beiden al vaker grotten gezien, maar het is heel bijzonder om een grot in deze omvang te zien. Op een bepaald punt is er een silhouet te zien waar Abraham Lincoln in te herkennen is. Grappig dat de natuur dit zo gevormd heeft. In deze Deer Cave leven 2 tot 3 miljoen vleermuizen en iedere avond eten ze samen ongeveer 15 ton aan vliegende insecten! En dat moet er ook weer uit…. Er ligt dan ook ontzettend veel guano (vleermuizenstront) in deze grot. Toen we naar binnen gingen stonk het al wel wat, maar we waren toen nog bijna de enige twee (met de gids) die in de grot waren. Echter op de terugweg waren er meerdere gidsen met hun gasten in de grot. Dit had helaas als gevolg dat de ammoniak veel sterker te ruiken was…..! Poeh, hoe mooi de grot ook is, we waren toch erg blij dat we weer frisse lucht konden inademen. Nadat we uit de grot kwamen, gingen we naar een speciale plek (dichtbij de grot) waarvandaan je rond zonsondergang de miljoenen vleermuizen de Deer Cave zou zien verlaten (om op zoek te gaan naar de vliegende insecten). We hebben hier bijna twee uur gewacht….. tot onze gids zei dat de vleermuizen die avond waarschijnlijk niet naar buiten zouden komen. Dat kon wel eens voorkomen en zoals hij zei; ‘Dat is de natuur, die is niet te voorspellen!’. Pech voor ons, maar we hadden de volgende avond nog een kans. We moesten nog een heel stuk door het regenwoud lopen, voordat we bij de ingang van het nationale park waren en we weer teruggebracht konden worden naar ons chalet. Ondertussen was het al pikdonker geworden. Ook mooi om een avondwandeling door het regenwoud te maken en de geluiden van de jungle te horen. Er waren nu hele andere geluiden te horen en andere dieren actief dan op de heenweg (toen het nog licht was) het geval was. We waren sowieso beiden erg onder de indruk van het regenwoud met zijn reusachtig dikke en hoge bomen (wel tot ongeveer 60 meter hoog) en dichte begroeiing. Wan, onze gids, kon ons veel over het regenwoud en zijn bewoners vertellen. Hij hoort en ziet alles doordat hij heel erg gericht is op veranderingen en bewegingen van de omgeving. Mooi om zijn bevlogenheid en liefde voor de natuur te mogen meemaken. Wat echter ook bij het regenwoud hoort is de hoge luchtvochtigheid. Het leek wel of we voortdurend in een sauna zaten. Zelfs zonder inspanning bleef je zweten, maar op het moment dat je enige inspanning verrichte, leek je wel uitgewrongen te worden.
De volgende morgen werden we weer opgehaald. Eerst gingen we naar een dorpje waar de Penan stam woont. In Sarawak leven heel veel stammen, zoals de Iban stam waar wij een aantal dagen eerder nog verbleven hadden. Deze Penan stam was van oorsprong een nomadenstam. Zij leefden in de jungle en trokken van gebied naar gebied waar ze telkens konden gaan jagen en waar ze het voedsel van dat gebied konden eten. Als dit voedsel op was en er niks meer te jagen viel, trokken zij verder. Echter met de komst van de missionarissen werd deze stam gevestigd op de plek waar wij gingen kijken. Er werden door de missionarissen voorzieningen voor hen getroffen, zodat ze op die plek konden verblijven. Er zijn echter nog steeds stamleden die als nomaden door de jungle zwerven. Vanaf dit dorpje gingen wij met een longboat, over de rivier de Melinau, naar de volgende grot die we zouden gaan bekijken; de Wind Cave. Het was weer een mooie belevenis om met de boot door de natuur te varen, hoewel het deze keer maar een korte vaart was. De Wind Cave is weer een heel andere grot dan de grotten die we de vorige dag gezien hadden. Op een bepaald punt is de grot zo nauw dat de lucht zich er doorheen moet persen. Je voelt hier de wind waaien. Wat erg verkoelend is in het benauwde en klamme regenwoud. In deze grot zijn bizarre druipsteenformaties te zien. ‘Use your imagination’, zoals onze gids aangaf. Rondlopend door de grot was het erg leuk om te kijken welke vormen en figuren je in de stalagmieten en stalagtieten kon herkennen. Net zoals dat je naar de wolken kunt kijken en daar met je fantasie allerlei figuren in kunt ontdekken. Na het bezoeken van de Wind Cave, stond er nog 1 grot op het programma. De Clearwater Cave (met daarbij de Lady’s Cave). Om bij de Clearwater Cave te komen, moesten we vanuit de Wind Cave een klein stukje lopen. We kwamen uit bij een idyllisch plekje waar helder water uit de Clearwater Cave naar buiten kwam in een soort bassin. Na hier even van een korte pauze te hebben genoten, moesten we (in de zeer benauwende hitte) 200 traptreden beklimmen. Dit was het echter meer dan waard! Ook dit was weer een heel andere grot dan de voorgangers die we gezien hadden. Door deze grot stroomt een ondergrondse rivier met, zoals de naam van de grot al doet vermoeden, kristalhelder water. Bijna 200 kilometer ondergrondse rivier kronkelt door deze grot. Het is een van de langste grotrivieren ter wereld. Ook door deze grot konden we een hele ronde lopen. Onderweg kwamen we nog een fossiel tegen. Wetenschappers hebben er nog geen onderzoek naar gedaan, maar er wordt gedacht dat het gaat om een mens of een voorloper van de mens. Dit, omdat er heel duidelijk een gebit, dat lijkt op dat van de mens, te zien is. Nadat we de Clearwater Cave hadden bezichtigd, zijn we naar een grot gegaan die er dicht bij ligt; de Lady’s Cave. Hier hadden de stalagmieten en -tieten een vrouwenfiguur geformeerd. Nadat we de 200 traptreden in omgekeerde volgorde hadden afgelegd, konden we bij het eerder genoemde idyllische plekje onze lunch nuttigen. Het was mogelijk om hier te zwemmen of je even af te koelen in het kristalheldere water. Voor de middag hadden we ons ingeschreven om de Canopy Sky Walk af te leggen. Deze Canopy Walk is met zijn ongeveer 500 meter de langste van de wereld. Het zijn hangbruggen (10 tot 30 meter boven de grond) die door de kruinen van de bomen van het regenwoud en over twee junglerivieren voeren. Vanaf hier heb je een ontzettend mooi uitzicht over het regenwoud. Het zijn echter wel hele hoge bomen die er in het regenwoud groeien… en de hangbruggen wiebelden ook wel erg veel…… Best lastig als je een beetje last van hoogtevrees hebt…… Maar wel weer een hele bijzondere belevenis! Wat een mooie natuur!! Tegen zonsondergang spoedden we ons weer naar de plek waar vandaan we de uittocht van de vleermuizen uit de Deer Cave zouden kunnen zien. Nu moest het toch gaan lukken om dit natuurspektakel te mogen aanschouwen! We installeerden ons met chips en cola op een mooi plekje. De uittocht kon beginnen. En we gingen wachten…. en wachten….. en vooruit we wachten nog even… Tot onze gids na ruim anderhalf uur wachten aangaf dat de vleermuizen ook deze avond waarschijnlijk niet zouden komen en dat we terug zouden lopen. We vonden het wel erg jammer, maar ja…. Dat is de natuur en die is onvoorspelbaar. Maar wat gebeurde er toen we zo’n 10 minuten onderweg, midden in het regenwoud waren…… Juist ja, de vleermuizen besloten om toch uit te vliegen. We hoorden de hele zwerm vleermuizen over de bomen zoeven…. Maar we zagen niks….. Twee avonden voor niks wachten en dan ben je 10 minuten weg…… Maar evengoed hebben we ontzettend genoten van deze twee dagen in het regenwoud van Mulu. We hadden ontzettend geluk met onze gids die er telkens voor zorgde dat we de andere gidsen met groepen toeristen voor waren en waardoor we vaak alleen van een grot konden genieten. Daarnaast wist hij ontzettend veel te vertellen over de grotten, het regenwoud, Borneo, maar ook over andere zaken. In de korte tijd dat we in Mulu verbleven, hebben we veel natuur gezien. We vonden de eerste kennismaking met het regenwoud heel bijzonder. In deze twee dagen hebben we ook 5 hele verschillende grotten gezien. En welke we nu het meest speciaal vonden, is moeilijk te zeggen. Iedere grot had wel iets unieks. Het was wel heel grappig om zoveel bijzondere figuren te zien in de verschillende druipsteenformaties!
De volgende dag zijn we vanuit Mulu, via Miri, naar Kota Kinabalu (Sabah, Maleisisch Borneo) gevlogen. Hier zouden we een nacht verblijven om de volgende dag naar Lahad Datu te vliegen waarvandaan we naar Danum Valley, Borneo Rainforest Lodge, zouden gaan. In Kota Kinabalu hebben we gezellig gedineerd aan zee en ondertussen kunnen genieten van een mooie zonsondergang.
Bij ons vorige verslag ontbraken in eerste instantie de foto’s van ons verblijf in het Iban Longhouse. Doordat we nu gebruik kunnen maken van sneller internet, zijn deze foto’s alsnog aan het verslag van Kuching-Iban Longhouse toegevoegd. Deze foto’s geven een goed beeld van hoe de longhouse waar wij verbleven eruit ziet en hoe de mensen daar leven.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley